Een tienergladiator zint op wraak
Simon Scarrow schrijft nu ook Romeinse fictie voor jongvolwassenen. Zijn boek Vechten voor vrijheid vertelt de avonturen van een jonge gladiator en zijn strijd voor gerechtigheid.
Het is 71 v.Chr. De Romeinse generaal Pompeius (106-48 v.Chr.) verslaat Spartacus (109-71 v.Chr.) en zijn leger van opstandige slaven. Titus Cornelius Pollenius, een centurion, vecht aan Romeinse zijde. Na de overwinning krijgt Titus een stuk landbouwgrond als beloning voor bewezen diensten. Samen met zijn vrouw, Livia, en zoon, Marcus, leidt hij een gelukkig leven op het Griekse eiland Leucas.
Tien jaar later verandert hun leven voor goed. Enkele schuldeisers doden Titus en verkopen Marcus en Livia als slaven. Na een mislukte ontsnappingspoging belandt de jongeman Marcus in een gladiatorenschool in Capua. Terwijl hij zich oefent in de gevechtskunst zint hij op wraak voor de moord op zijn vader. Marcus is vastberaden om naar Rome te gaan en de hulp van Pompeius in te roepen. Maar het leven van een gladiator is vol gevaren. Kan hij zijn doel bereiken of gaat hij het noodlot in de arena tegemoet?
Meeslepende clichés
Het verhaal neemt vanaf het begin een enorme vaart en houdt dit vol tot op het einde. De korte krachtige zinnen en de afwezigheid van uitgebreide beschrijvingen maken het boek erg toegankelijk. De ene actiescène volgt de andere op. Scarrow schuwt geen geweld in de sterk visueel en filmisch uitgewerkte passages. Bovendien maken de vele plotwendingen van Vechten voor vrijheid een echte pageturner. Die sterkte is meteen ook een grote zwakte. De verhaallijn zit boordevol clichés en toevalligheden.
Niet zelden wordt Marcus net op tijd gered door een deus ex machina, een onverwachte ontknoping. Daarnaast zijn de gelijkenissen met Hollywoodproducties zoals de film Gladiator (2000) en de tv-serie Spartacus (2010-2013) opvallend. De kleine, getormenteerde man valt in ongenade en wordt tot slaaf veroordeeld. Vervolgens neemt hij het op tegen de grote, dictatoriale machthebber. Alles onder de noemer van gerechtigheid. Sommige elementen zijn haast letterlijk overgenomen, zoals de brutale en sterke Keltische collega-gladiator, Ferax (Crixus in Spartacus), die het leven van de tengere maar slimmere protagonist zuur maakt.
[youtube]http://www.youtube.com/watch?v=mFrhFq6LC1I[/youtube]Engelstalige videotrailer van Vechten voor vrijheid. Bron: YouTube
Historische verwijzingen
De auteur heeft gepoogd de antieke wereld tot leven te brengen. De combinatie van fictieve en historische personages draagt daartoe bij. Scarrow heeft elementair opzoekwerk verricht. Het is correct dat ex-militairen van Pompeius een stuk grond kregen bij hun ontslag. Ook de typering van de Spartaanse en Atheense gladiatoren is een amusante toevoeging aan het verhaal. Reeds in de oudheid verweten zij elkaar allerlei stereotiepen. Zo spreekt de Spartaan Patroclus enkel in korte zinnen en is zeer gevat in zijn opmerkingen: typisch laconisch. Het effect was misschien nog sterker geweest als Scarrow niet had toegegeven aan die vooroordelen. De landkaart vooraan in het boek biedt een houvast aan lezers die niet vertrouwd zijn met het Romeinse Rijk.
Vechten voor vrijheid weet zich echter niet te onderscheiden in het lange rijtje van boeken, strips en films over de klassieke oudheid die sinds Gladiator (2000) weer populair zijn bij het grote publiek. De personages in het boek hebben weinig diepgang. Na enkele hoofdstukken heb je als lezer het volste vertrouwen in een goede afloop, wat een grote afbreuk doet aan de vooropgestelde spanningsbogen. Ondanks het grote entertainmentgehalte inspireert het boek niet.
Tot slot een opmerking over de officiële site van het boek. De webstek biedt een educatieve folder met historische achtergrondinformatie voor leerkrachten. De folder is echter niet aan te raden omwille van de vele achterhaalde en foutieve beweringen. Ter dood veroordeelde criminelen worden onterecht gelijkgesteld met gladiatoren. En het systeem van duim omhoog/omlaag om het lot van gladiatoren te beslechten is een Hollywood-uitvinding. De nadruk op de hoge kans op sterven in de arena is bovendien fel overdreven. Gladiatoren waren immers te kostbaar.