Interview over waanzin en kunst
In het Kröller-Müller Museum is momenteel een expositie te zien van Outsider-kunst. Kunstenaar Joost van den Toorn verzamelde deze kunst van psychiatrische patiënten en stelt die nu ten toon in een interessante expositie. Een interview.
In oude volksculturen werden neuroten en psychopaten dikwijls tot sjamaan benoemd omdat ze als zieners van de ziel werden gezien. Ze zouden contact kunnen leggen met het hogere en daardoor het volk de juiste weg kunnen wijzen. In onze maatschappij is dit fenomeen bijna volledig verdwenen. Irrationaliteit en intuïtie staan bij ons niet in hoog aanzien. Toch heeft de moderne westerse wereld ook regelmatig geprofiteerd van gestoorde, geniale mensen met een rare tik. Genialiteit en gekte liggen niet zelden gevaarlijk dicht bij elkaar, blijkt steeds opnieuw. Denk maar eens aan mensen als de wiskundige Kurt Gödel, uitvinder en technicus Nikola Tesla, schaker Bobby Fischer, de schilders Vincent van Gogh en Salvador Dali, muzikant Phil Spector en Charles Manson. Deze laatste staat voornamelijk bekend als schizofrene seriemoordenaar, maar rocklegende Neil Young heeft wel eens gezegd dat Manson ook een uitstekende en creatieve songwriter was.
Misschien hebben gestoorde kunstenaars ons wel meer te vertellen dan we vermoeden. Wellicht zijn zij de sjamanen en creatieve zieners van deze tijd. Volgens de Oostenrijkse psychiater Leo Navratil zijn schizofrenie en creativiteit zelfs onlosmakelijk met elkaar verbonden. Beeldend kunstenaar Joost van den Toorn (56) is het daarmee eens en ontwikkelde een fascinatie voor kunst van psychisch gestoorde mensen: de zogeheten Outsider-kunst. Hij legde een verzameling aan die nu, samen met zijn eigen werk, te zien is in het Kröller-Müller Museum. In zijn verzameling zitten mensen van allerlei pluimage: clochards, mensen met een verstandelijke beperking, psychotici, manisch-depressievelingen etc. Men kan er onder andere werk van Harald Stoffers, Fritz Koller, Wolfgang Hueber, Oswald Tschirtner, Theo en Johann Hauser bewonderen. De expositie is nog te zien tot 20 juni 2010.
Een gesprek met Van den Toorn over gekte, fantasie, angst, antidepressiva, Hitler, kunst door apen, Aikido en Walt Disney.
Waarom ben je begonnen met het verzamelen van outsider-kunst?
Van den Toorn: “Ik ben eerst begonnen met het verzamelen van etnografica: vooral Indonesische krissen. Etnografica en outsiderkunst liggen om de gewone beeldende kunst heen. Etnografica is volkskunst. Daarbij moet je denken aan zaken als de koekoeksklok etc. Dat was geen decoratie meer, maar iets dat op zichzelf stond. Etnografica is iets dat wij helemaal niet meer kennen, maar waar kunst eigenlijk wel uit is voortgekomen. Ik denk dat dergelijke cultuuruitingen onderschat worden als kunst.”
“Het zelfde geldt voor de outsiderkunst waarbij de kunstenaars de realiteit uit het oog verloren zijn. Hun werk is veel meer dan alleen maar fantasievol. Zowel etnografische kunst als outsiderkunst is allebei echt. Dat echte bevalt me wel.”

Werk van Wölfli Bron: Wikipedia
Wat is het interessantste aspect van outsiderkunst?
Van den Toorn: “Het wereldbeeld dat psychisch gestoorde kunstenaars hebben. Hun werk is echt en puur omdat het voorkomt uit een eigen wereldvisie. Zo is er een kunstenaar die denkt dat hij de hele wereld kan namaken van Meccano of iemand die zeker weet dat wanneer hij koffie drinkt het ogenblikkelijk mooi weer wordt. Voor die mensen is dat geen fantasie; ze zijn daar vast van overtuigd. Dat vind ik prachtig.”
“Daarom vind ik wetenschap en kunst beiden zo interessant. Bij wetenschap gaat het ook om echt. Goede kunst is ook altijd echt. Vroeger werd er daarom ook geen onderscheid gemaakt tussen beide gebieden. Toen sprak men nog gewoon over kunsten en wetenschappen.”
Vind je outsiderkunst ook kunst met een grote K?
Van den Toorn: “Ik vind geen enkele kunst eigenlijk kunst met een grote K. Heel veel zogenaamde kunst met een grote K, vind ik zelf helemaal geen grote kunst. En heel veel kunst die hier hangt (outsiderkunst) vind ik juist wel weer kunst met een grote K. Dat spreekt mij veel meer aan.”
“Outsider-kunstenaar Wolfgang Hueber zou je makkelijk kunnen exposeren samen met de schilder en beeldhouwer Kiefer en dan zou je Georg Baselitz er ook nog bij mogen hangen. Zo’n tentoonstelling zou gewoon verschrikkelijk goed zijn en Hueber zou zeker niet uit de toon vallen.”
“Dat laat zien dat mensen kunst vaak te zwart-wit. De vraag wat nu grote kunst is en wat gewone kunst is echter niet zo eenduidig. Wat hier in Kröller-Müller hangt is echt goede kunst. Het is leuk dat dit nu eens gemaakt is door psychisch gestoorde mensen omdat veel hoog-gewaardeerde en gerespecteerde kunst vaak draait om de kleren van de keizer. Er zit vaak veel uiterlijke schijn bij. Deze tentoonstelling laat frontaal de andere kant zien. Outsiderkunst heeft juist niks te maken met de kleren van de keizer. Er zit absoluut geen schone schijn bij. Dit werk is juist wel echt en puur. Dit zijn meer de kleren van de clochard.”

Werk van Wölfli Bron: Wikipedia
“Mijn expositie van Outsider-kunst is een soort emancipatie van de psychisch gestoorde kunstenaar. Deze tentoonstelling laat zien dat psychisch labiele mensen ook grote kunstenaars kunnen zijn. Ik had eens een ruzie met een collega-kunstenaar over wie de belangrijkste kunstenaar was van de vorige eeuw. Toen ik zei dat dat misschien wel Picasso was, zei die man dat het Picasso nooit kon zijn omdat hij slecht met zijn vrouw en kinderen is omgegaan. Toen zei ik direct daar achteraan dat volgens mij de nazi Albert Speer de beste architect is. Goede kunst heeft immers niks met goed of kwaad te maken. Om die zelfde reden is de Volkswagen ook een hele mooie auto, of hij nu door een fout regime is ontworpen of niet. Kunstenaar Adolf Wölfli was waarschijnlijk pedofiel, maar voor mij is het een van de grootste kunstenaars die er zijn. Dan kun je wel zeggen dat dat niet kan omdat hij pedofiel was, maar dat speelt geen rol voor mij. Dat bedoel ik met emancipatie. Ik verzamel dergelijk werk omdat het kunst is en deze mensen mooie dingen maken. Het maakt mij niet uit of het van een vrouw, een misdadiger, een gek of wat dan ook is.”
“Voor mij bestaat er geen verschil tussen psychiatrische patiënten die goede kunst maken en geestelijk gezonde kunstenaars die het zelfde doen. Van Van Gogh werd ook vaak gezegd dat het een outsider was. Men beweerde dat hij een borderliner was, maar waarschijnlijk was hij schizofreen. Ik ben het daar niet mee eens. Het was gewoon een goede kunstenaar die een opleiding had gehad tot kunstenaar. In zijn tijd werd hij echter wel als psychisch gestoord beschouwd. Hij werd gezien als een soort weirdo die niet in staat was tot relaties en dat soort dingen. Het zelfde geldt voor Anton Heyboer. Heyboer was hartstikke gek maar een groot kunstenaar. Hij wordt zwaar onderschat.”
“ Heyboer had als dwangarbeider het bombardement van Berlijn meegemaakt en is volkomen geschift terug naar Nederland gekomen. Nadat hij een paar jaar in een psychiatrische inrichting zat, realiseerde hij zich dat wanneer hij niet een eigen leef-systeem zou beginnen hij de rest van zijn leven in die inrichting zou blijven zitten. Om toch buiten de psychiatrische kliniek te kunnen leven, heeft hij het systeem Heyboer bedacht. Het maken van kunst vormde daar een belangrijk onderdeel van. Uiteindelijk was hij daardoor in staat het zelfstandig te redden, net als bijvoorbeeld outider-kunstenaar George Widener. Wat dat betreft hoort hij niet helemaal tot de andere outsider-kunstenaars, die meestal wel in een instelling zitten. Dat toont eens te meer aan dat de grens tussen gestoord en normaal minder scherp is dan je beseft.”
Moet je een beetje gestoord zijn als kunstenaar? Of is dat niet echt een voorwaarde?
Van den Toorn: “Het is wel makkelijk! Hahaha. En als je het nog niet bent, dan word je wel gestoord door de kunst. Ik exploiteer namelijk continu mijn onderbewuste. Op een bepaalde manier ben ik voortdurend bezig met introspectie. De meeste mensen zullen nooit stilstaan bij wat er in henzelf huist. Ik moet daar echter bij stilstaan omdat het mijn beroep is. Alles wat er in je jeugd is misgegaan, is voor een kunstenaar een fantastisch uitgangspunt.”
“Ik merk dan ook dat er vrij veel kunstenaars zijn die psychische problemen hebben. Ik heb ook wel psychische klachten gehad, maar daar heb ik mijzelf uitgered. Niet alleen door de kunst, maar via Yoga en Aikido. Het helpt om met je lichaam bezig te zijn. Dat verlegt de aandacht. Hier in het westen zijn mensen vaak te veel met hun hoofd in de weer. We denken te veel na. Wat ook helpt is dat ik beeldhouwer ben. Dat is lekker fysiek. Ik hanteer dan een troffel en een bijl. Dat houd je voeten wel op de grond.
Hebben kunstenaars vaak psychische klachten omdat het gevoelige mensen zijn die sneller geraakt worden door indrukken?
Van den Toorn: “Ja, dat denk ik wel. Kunstenaars moeten een ontwikkelde intuïtie hebben en ontwikkelde gevoelsmensen zijn. Maar er zijn natuurlijk ook psychisch labiele mensen waarmee fysiek iets mis is. Die hebben een hormoon te veel of te weinig. Dergelijke mensen zijn niet extra gevoelig, maar hun systeem functioneert gewoon niet.”
De Amerikaanse thriller-auteur Stephen King heeft eens gezegd dat angstige mensen (te) veel fantasie hebben. Zit daar iets in? Wordt outsider-kunst soms ook geboren uit angst?
Van den Toorn: “Ik denk dat ik zelf inderdaad vrij angstig ben. Je kunt echter niet zeggen dat outsiderkunstenaars dat in het algemeen ook hebben.”
Gaat het werk van kunstenaars achteruit of vooruit als ze medicijnen tegen psychische kwalen nemen?
Van den Toorn: “De kwaliteit van hun werk gaat dan duidelijk achteruit. De spanning om te creëren lijkt weg te vloeien door die middelen. Als je in boeken het werk ziet van een kunstenaar in psychotische staat en dat vergelijkt met zijn werk in nuchtere toestand, dan blijkt dat duidelijk. Het psychotische werk is vaak veel interessanter. Maar ik wens uiteraard niemand een psychose toe.”
Zijn er ook kunstenaars met psychische stoornissen die wel medicijnen nemen en toch goed werk maken?
Van den Toorn: “Ja, dat kan ook. Ik ken een hele goede collega-beeldhouwer die pillen neemt om niet psychotisch te worden en hij maakt prachtige beelden. Je moet een goed evenwicht zien te vinden.
Ik denk echter wel dat je voor echte topkunst beter niks kunt slikken eerlijk gezegd. En dan bedoel ik ook geen alcohol drinken.”
Maar sommige grote kunstenaars dronken toch vaak behoorlijk stevig door? Van Gogh hield wel van een glas Absint bijvoorbeeld.
Van den Toorn: “Ja, dat klopt, maar dat deden ze niet terwijl ze werkten, want dan wordt het niks. Hahaha.”
Wat is de grootste overeenkomst tussen psychische patiënten en kunstenaars?
Van den Toorn: “Een psychose of schizofrenie is geen voorwaarde dat je ook goed werk maakt. Bij psychisch gestoorde mensen is goede kunst misschien zelfs nog zeldzamer dan bij de gezonde kunstenaars. Wat ik hier tentoonstel in het museum is een aantal kunstenaars uit duizenden. Er zijn er niet zo veel van. Er zijn veel meer kunstenaars die goed bij hun hoofd zijn dan mensen die psychische problemen hebben. Alleen, de mensen met psychische problemen, hebben dit werk vaak nodig om zich te uiten. Het is vaak hun enige uitlaatklep, en dat maakt hun kunst misschien wel extra aantrekkelijk omdat het echt iets te zeggen heeft. Het is uit nood geboren en niet zo maar een vorm van tijdverdrijf. Dan kom je dus weer terug bij die echtheid.”

Adolf Wölfli Bron: Wikipedia
Wat is volgens jou de beste Outsider-kunstenaar die er is?
Van den Toorn: “Adolf Wölfli. Dat was een Zwitser uit Bern. Hij was ook de eerste psychiatrische patiënt die als kunstenaar serieus werd genomen. Zijn psychiater hield exposities waar allemaal andere psychiaters voor uitgenodigd werden. Die waren het er allemaal over eens dat dit niet gewoon maar gekrabbel was. Door die Adolf Wölfli is die Outsider Kunst op de kaart gezet. Wölfli is denk ik nog steeds de beste die er is. Zijn werk is onbetaalbaar tegenwoordig. Het kost net zo veel als een Picasso.”
Wat maakt Wölfli zo goed?
“Voor al die outsiderkunst geldt dat je eigenlijk niet kunt uitleggen waarom het zo goed is. Je moet het gewoon zien. “
Is Outsider-Art gewild tegenwoordig?
Outsiderkunst is wel in opkomst. Tot nu toe was het vrij onbekend. Outsider art werd over het algemeen niet als kunst gezien. Dat komt voornamelijk omdat bazen van musea meestal kunstgeschiedenis hebben gestudeerd en dit soort kunst tijdens hun studie en werk nooit zijn tegengekomen. Ik heb nog nooit een kunsthistoricus gehoord die daar iets van wist. Ze weten alleen dat het verzameld werd door grote kunstenaars als Picasso, Picabia en Paul Klee. Die hadden allen een grote collectie outsiderkunst, net als de surrealist André Breton. De outsider-kunstenaar Scottie Wilson werd bijvoorbeeld verzameld door Picasso. Ze vonden het allemaal erg goed en interessant. Outsiderkunst is typisch kunstenaars kunst.”
“Het fenomeen Outsiderkunst is in Nederland wel vrij nieuw. In Duitsland hebben ze het vaker gedaan. Dat komt doordat Duitsland een nogal negatieve geschiedenis heeft wat outsiderkunst betreft. Hitler was immers een grote tegenstander van dit soort ‘ontaarde’ kunst. De makers ervan werden rücksichtslos vergast in de Tweede Wereldoorlog.”
“Hitler heeft eens een Entartete kunst-tentoonstelling georganiseerd om zijn afkeer ervan duidelijk te maken. Daarbij had hij psychiatrische kunst gecombineerd met werk van Paul Klee, Picasso en Picabia om te laten zien dat ze allemaal knettergek waren. De expositie was bedoeld om het Duitse volk te laten zien wat voor vuiligheid psychiatrische patiënten en moderne kunstenaars maakten. Het waren volgens Hitler geen gezonde Ariërs die dit soort kunst creëerden. Ik denk persoonlijk dat deze Entartete kunst-tentoonstelling van Adolf Hitler de beste tentoonstelling van de vorige eeuw was. Onder de geëxposeerde kunstenaars zat ook Emil Nolde. Die liep eerst ook in een nazi-uniform totdat hij ineens bij de entartete kunst werd gezet als kunstenaar. Hij mocht nooit meer schilderen van het nazi-bewind. Als hij dat wel deed zou ook hij vergast worden.”
“Ironisch genoeg was Hitler zelf ook kunstenaar. Hij is drie keer afgewezen voor de kunstacademie in Wenen. Het was dus ook een beetje een wraakactie van hem.”
Af en toe kom je in de media beelden tegen van de schilderijen die Hitler zelf maakte. Zijn die volgens jou goed of slecht van kwaliteit?
Van den Toorn: “Dat is echt shit. Shit is precies het goede woord. Hahaha. Het is echt rommel. Dan is een koekoeksklok nog beter. Ik zou echter wel graag een schilderij van Hitler willen hebben in mijn outsider-verzameling. Hahaha. Er wordt immers gezegd dat hij neurotisch of hysterisch was, dus hij past er prima in. Ik zou het niet willen hebben vanwege de kwaliteit, maar meer omdat Hitler de belangrijkste outsiderkunstenaar van de vorige eeuw is geweest. Hahaha. Niet de beste maar wel de belangrijkste.”
Welke psychische stoornis levert de beste kunst op?
Van den Toorn: “Schizofrenie. Absoluut. Autisme is nummer twee en manische depressie staat op drie. Het is een beetje grof om te zeggen, maar zo zit het wel in elkaar. Hahaha.”
Zitten er ook neurotische mensen, psychotici of borderliners tussen Outsider-kunstenaars?
Van den Toorn: “Dat soort mensen zijn meestal de gewone kunstenaars. Hahaha.”
Kan kunst therapeutisch werken?
Van den Toorn: “Ja, de wereld wordt steeds ingewikkelder en de mensen worden daar steeds gekker van. Kunst is een middel om dat te leren begrijpen. Kunstenaars leggen de realiteit uit. Ze versimpelen de realiteit als het ware. Je begrijpt daardoor de omgeving beter. Kunst hoort gewoon bij het leven.”
Salvador Dali heeft eens gezegd: “ het enige verschil tussen mij en een gek is dat ik niet gek ben”. Zit daar wat in? Is dat herkenbaar?
Van den Toorn: “Ja, daar ben ik het helemaal mee eens. Absoluut.”
Artiesten putten vaak uit hun gevoelsleven en hun intuïtie. Is de moderne wereld eigenlijk niet te rationeel geworden voor kunstenaars?
Van den Toorn: “Ik ben van mening dat kunst en dus ook kunstenaars een heel belangrijk ondergewaardeerd aspect van onze samenleving vormen. Ik denk dat je de impact van creativiteit – ook in de wetenschap bijvoorbeeld – niet moet onderschatten. Fantasie en intuïtie lijken tegenwoordig wellicht wat minder aan de orde te zijn, maar het blijft een bestanddeel van ons mensen. In kunst leeft toch nog een beetje het kind in ons voort natuurlijk.”
“Ik denk dat het voor de maatschappij wel eens heel goed zou kunnen zijn om mensen geïnteresseerd te laten zijn in muziek en beeldende kunst etc. Om een voorbeeld te geven: ik denk dat er onder voetbal-hooligans en terroristen etc. weinig kunstenaars zitten en ook weinig mensen die geïnteresseerd zijn in kunst. Ik denk dat via kunst mensen een stuk meer in evenwicht zouden kunnen raken en een hoop problemen zouden worden opgelost.”
Je zei net dat de impact van creativiteit niet te onderschatten valt. Betekent dit dan ook dat kunstenaars de maatschappij voor een belangrijk deel vormgeven?
Van den Toorn: “Ja, veel meer dan dat je vermoedt. Ik denk dat onze hele omgeving (commercials of hoe je auto eruit ziet etc.) voor een groot deel begonnen is met kunstenaars. Daar horen natuurlijk ook architecten bij die eveneens een omgeving creëren. Dat heeft allemaal te maken met gevoel.”
“Mensen denken dat al die programma’s zomaar op de televisie komen, maar daar zitten gedachtes, ideeën en een soort ontwikkeling achter. Kunstenaars zijn vaak de uitvinders van dergelijke concepten. Mensen als Keith Haring of vroeger Dali en Picasso hebben een enorme bijdrage geleverd aan hoe onze omgeving eruit ziet tegenwoordig. Ongemerkt hebben kunstenaars toch veel invloed op hetgeen er gebeurt.”
Disney
Van den Toorn: “Ik zou Disney ook willen noemen als zeer invloedrijk modern kunstenaar. Oud-directeur van het Groninger museum Frans Haks heeft eens gezegd dat hij Walt Disney de belangrijkste kunstenaar van de vorige eeuw vond. Dat klopt volgens mij wel. Disney stuurde indertijd een hele ploeg kunstenaars naar Europa om daar allemaal kastelen na te tekenen. Dat was bedoeld voor de film Sneeuwwitje, maar het had ook weer effect op mij omdat ik naar Sneeuwwitje heb zitten kijken toen ik klein was. Dat heeft invloed.”
“Ik denk dus dat Frans Haks gelijk had en dat je Disney er gewoon bij moet noemen. Disney is dan een positief voorbeeld, maar als negatief aspect zou ik Hitler er nog bij willen noemen. Hitler was een hele foute kunstenaar, die ook een bepaalde vormgeving heeft ontwikkeld. Kijk maar naar de architectuur uit de nazi-tijd en de Volkswagen die op zijn aandrang uitgevonden is. Noem het maar op. Hitler had een hele sfeer geschapen en daar heeft kunst ook een heel belangrijk negatief aandeel in gehad.”
“Het is natuurlijk heel raar om het bij de belangrijkste kunstenaars van de vorige eeuw te hebben over Walt Disney en Adolf Hitler, hahaha, maar het schept wel duidelijkheid. Disney was ook gewoon heel goed. Als je die oude filmpje s van Walt Disney ziet, waar Dali vaak aan meewerkte, dan is dat gewoon heel mooi en kunstzinnig gedaan.”
“Nu we het toch over Dali hebben: deze Spaanse schilder was politiek gezien ook heel fout. Hij bleef gewoon bij de fascistische Franco in Spanje zitten. Dat maakt hem echter geen minder kunstenaar. De leden van de bankiersfamilie De Medici waren ook zeer corrupt, maar ze hebben wel heel erg goede kunstenaars als Botticelli om zich heen gehad. Niemand zegt tegenwoordig meer dat De Medici fout waren of dat we Botticelli niet meer moeten. Het is raar en akelig, maar zo zit het wel in elkaar.”
Moraliteit heeft dus niks te maken met esthetiek?
Van den Toorn: “Nee, dat zijn twee verschillende dingen. Slechte mensen kunnen ook van mooie dingen houden. Nazi-leider Joseph Goebbels had een fantastische kunstcollectie, die hij in het nazi-rijk had verzameld. Die collectie heb ik een keer in Florence gezien. Dat was echt geweldig. Het idee dat slechte mensen mooie dingen kunnen realiseren is natuurlijk afschuwelijk en hard, maar wel waar.”
“Als mensen horen dat Outsider-kunst, kunst is van psychopaten, stoot dat sommigen af. Door zo’n etiket op iets te plakken, wordt al meteen hun kijken beïnvloed. Er wordt soms naar outsiders gekeken alsof de makers besmet zijn. Ik had bijvoorbeeld een paar foto’s voor deze tentoonstelling waar een pedofiele kunstenaar bij zat. Toen heb ik gezegd dat die er maar buiten gelaten moest worden omdat het slechte publiciteit is voor het museum. Het is heel akelig, maar er zijn dus pedofielen die prachtige dingen maken. Dat doet echter niks af aan de culturele waarde.”
“Ik vind het ook onzin om te zeggen dat de Volkswagen een lelijke auto is omdat Hitler het idee heeft gelanceerd om een wagen voor het volk te maken. Het is ondanks alles toch een hele mooie auto. We hadden liever gehad dat dat niet zo was, maar ja het is nu eenmaal een feit.”
Als er een negatief etiket aan outsiderkunst vast zit, zou je kunnen overwegen om het er niet meer bij te zetten en dergelijke werken gewoon onder de noemer kunst te brengen. Dat hebben ze bij schilderijen en tekeningen van apen ook eens gedaan en iedereen vond het prachtige. Iedereen dacht dat het door menselijke kunstenaars gemaakt was.
Van den Toorn: “Picasso had ook een verzameling van kunst die gemaakt was door apen. Er was in zijn tijd een beroemde aap die schilderde en daar had hij een paar werken van. Het was wel een geintje van Picasso natuurlijk, maar die apen-kunstwerken zagen er wel degelijk goed uit. Ik heb geprobeerd om op een veiling mee te bieden op die schilderijen, maar ze zijn helaas heel kostbaar.”
“Dergelijke kunst is eerder curieus en interessant dan echt top-werk, maar als je het zag, dacht je wel meteen: er is een heleboel moderne kunst die er ook zo uit ziet.”
“Apen zijn echter niet de enige dieren die cultuur scheppen. Olifanten schilderen ook en er bestaat zelfs een boek met kunst van katten. Die hadden hele bankstellen uit elkaar gesloopt hetgeen er echt uitzag als kunst. Hahaha. Dat was meer een grap, maar toch.”
Kun je zeggen dat kunstenaars en psychische patiënten beiden een geheime gang hebben naar de irrationaliteit, de intuïtie en het onbewuste, en dat kunstenaars daaruit putten voor hun werk?
Van den Toorn: “Het intuïtie-domein is het gebied waar outsiderkunst en waarschijnlijk alle kunst uit voortkomt. Intuïtie is iets dat alle kunstenaars gebruiken, of het nu psychiatrische patiënten of reguliere kunstenaars zijn. Daarmee omgaan is een kwaliteit. Het is best moeilijk. De meeste mensen kunnen intuïtie, gevoelens en toeval geen plaats geven. Die zijn te rationeel. Ze verwerpen dergelijke zaken. Kinderen niet. Die kunnen dat nog. Bij kinderen zijn de ratio, het instinct, de intuïtie en het gevoel nog in evenwicht. In onze maatschappij wordt de ratio helemaal ontwikkeld en die andere aspecten niet.”
“In het verleden zijn er andere culturen geweest waarin de intuïtie veel belangrijker was. Veel is daar vaak niet meer van over, maar ze bestaan nog wel. Bijvoorbeeld in de Japan. Het wordt ook daar minder, maar het is nog niet helemaal verdwenen. In hun taal is het intuïtieve aspect nog zichtbaar. In het Japans druk je bijvoorbeeld geen emotie of gevoel uit met woorden. Veel van wat je meedeelt gaat zonder taal. Je zegt er niet “goede morgen” maar simpelweg “het is ochtend”. Bij hen worden er namelijk veel dingen overgebracht tussen de regels door. Er zit een grote hoeveelheid intuïtie achter. Wij hier in het Westen kennen dat niet meer en drukken juist alles uit met woorden. Intuïtie is dan ook niet de grootste kwaliteit van onze westerse wereld.”
In je betoog zet je kunst van psychiatrische patiënten op gelijke hoogte als het werk van grote kunstenaars. Grenzen gekte en genialiteit dus weldegelijk aan elkaar? Vloeien ze in elkaar over?
Van den Toorn: “Ja, dat is vaak het geval. Albert Einstein was bijvoorbeeld een wetenschappelijk genie, maar hij had ook het syndroom van Asperger (een soort autisme light). Het zelfde geldt voor outsider artiest George Widener. Dat was ook een Savant met het Asperger-syndroom. Zowel Einstein als Widener zijn dus voorbeelden van mensen die genialiteit koppelden aan een psychisch syndroom.”
Waar zit het dan in dat Einstein een groot genie was en anderen wegkwijnen in een psychiatrische kliniek? Hangt dat af van hoe je met je gekte omgaat?
Van den Toorn: “Het is moeilijk te zeggen waarom de ene een genie wordt en de andere een gek. Onze hersenen zitten nogal eigenaardig en zwak in elkaar. Er kan zo wat mee gebeuren. Het is aan toeval onderhevig hoe het allemaal verloopt en uitpakt in je hersenen. Dat is allemaal niet zo zwart-wit.”
De expositie ‘Joost van den Toorn en de outsiderkunst’ is nog te zien tot 20 juni 2010
in het Kröller-Müller Museum (Otterlo)
http://www.joostvandentoorn.nl/
http://www.kmm.nl/exposition
http://www.adolfwoelfli.ch/index.php?c=e&level=17&sublevel=0
Geef een reactie