Ontsnappen aan de guillotine: migratieproblemen tijdens de Franse Revolutie
Migratie van grote groepen vluchtelingen is een van de complexe problemen waar Europa op dit moment mee te maken heeft. Volgens cijfers van Stichteling Vluchteling uit 2014 zijn er wereldwijd bijna 60 miljoen mensen op de vlucht voor oorlog, honger en ellende. Wellicht ligt dit aantal anno 2016 nog hoger. Vluchtelingenproblematiek is helaas van alle tijden. Wie kijkt naar het verleden ontdekt bijvoorbeeld dat na het uitbreken van de Franse Revolutie in 1789 een aanzienlijk deel van de bevolking vluchtte naar Groot-Brittannië.
Het uitbreken van de Franse Revolutie
Onvrede over de sociale ongelijkheid vormde een van de oorzaken voor het uitbreken van de Franse Revolutie in 1789. Terwijl de adel in weelde leefde, moest een deel van de Franse bevolking overleven in pure armoede. Op een gegeven moment pikte het volk het niet langer. Ook het feit dat de schatkist bijna leeg was door het luxueuze leven aan het Franse hof en het voeren van allerlei oorlogen hielp niet bepaald. De Franse Revolutie maakte in juli 1789 een einde aan het Ancién Regime. Vervolgens brak het tijdperk van de Terreur onder leiding van Maxime Robespierre en zijn Jacobijnen aan. Deze verliep zeer agressief en bloederig. Duizenden mensen, een groot deel afkomstig uit de adellijke stand, belandde onder de gevreesde guillotine. Ook koning Louis XVI en zijn vrouw koningin Marie-Antoinette moesten eraan geloven.
Vluchten voor de Terreur
Uit angst voor de guillotine ontvluchtten duizenden Fransen hun land. Deze mensen waren afkomstig uit allerlei bevolkingsgroepen. Priesters, geestelijken en leden van de adellijke stand maakten dat ze wegkwamen. Desondanks belandde lang niet alleen de hogere sociale klasse met hun hoofd onder het hakmes. Ook lagere standen werden regelmatig veroordeeld, bijvoorbeeld als ze een misdaad hadden begaan. In feite was in de tijd van de Terreur niemand veilig. Historisch onderzoek heeft uitgewezen dat ongeveer 1 procent van de Fransen destijds op de vlucht sloeg.

De bestorming van de Bastille, 1789: een van de iconische en gewelddadige gebeurtenissen uit de Franse Revolutie (bron: Wikimedia Commons)
Asiel in Groot-Brittannië
Groot-Brittannië vormde verreweg de populairste bestemming voor de vluchtelingen uit Frankrijk. Als een van de weinige landen in Europa gaf het de migranten namelijk financiële hulp. Het land had er echter moeite mee om de grote groep migranten een veilige plek te geven. Ze kwamen vrij plotseling, en met duizenden tegelijkertijd. Uit de politiek kwamen stemmen op om de stroom vluchtelingen te reguleren. Zou dit niet gebeuren, dan zouden ze volgens sommige politici een gevaar vormen voor de ‘politieke orde’. Uiteindelijk besloot de Britse regering om in 1793 een strenger systeem in te voeren voor de migranten. Dit heette de ‘Alien Act’. Zo moesten Fransen die een plek zochten overzee zich voortaan eerst inschrijven in een officieel immigranten registratie systeem.
Een nieuw leven in Londen
Het grootste deel van de Franse vluchtelingen vestigde zich in de Britse hoofdstad Londen. Daar leidden ze in wijken als Soho een relatief goed leven. Sterker nog, de Protestantse Hugenoten richtten hier hun eigen gemeenschappen op. Deze mensen bezochten dezelfde kerk, hadden dezelfde kledingstijl en leefden ongeveer hetzelfde. Een groot deel van adel vond ondertussen een warm thuis bij rijke families op het platteland. Sommige vluchtelingen troffen het iets minder goed. In de armere wijken van Londen moesten ze voor een schamel loon hard werken om te overleven. Het zou nog tot het tijdperk van Napoleon duren voordat de vluchtelingen terug konden naar een relatief veilig thuisland.